Stel bloedglucosewaarschuwingen in, zodat u geen belangrijke bloedglucosegebeurtenissen mist.
Pas uw waarschuwingsvoorkeuren aan op basis van uw doelen voor bloedglucosebeheer.
Stel specifieke drempels in voor zeer lage, lage, hoge en snel veranderende waarden voor elke bloedglucosegebeurtenis.
Daarnaast kunt u kiezen voor de stille modus als u geen meldingen wilt horen.
* Waarschuwingen voor zeer laag, signaalverlies, sensorfout, sensorstabilisatie en sensorvervanging moeten afzonderlijk worden uitgeschakeld om te voorkomen dat de waarschuwingen klinken.